Fabel van de vegetariër

De vegetariër is een fabeldier dat diverse varianten kent:
> De klassieke variant houdt zo van dieren dat hij ze wel kan opvreten, maar desondanks zal hij dat nooit doen.
> De esthetische variant haat dieren, hij vindt dieren onrein, onhygiënisch, onsmakelijk. Hij gruwt al bij het idee vlees te nuttigen. Liever laat hij het vlees nutteloos in de verte grazen, op veilige afstand.
> De tolerante variant, die geen enkele belangstelling heeft voor dieren, laat staan voor hun vlees. Vlees laat hem onverschillig.
> De economische variant die vlees gewoon veel te duur vindt. Hij eet liever goedkope eiwitten. Deze soort is begiftigd met een goedkope smaak.
> Een laatste variant van de vegetariër betreft de soort die geen vlees mag van de dokter, zijn leven zou aanzienlijk bekort worden door het eten van een kroket met draadjesvlees.

De doorgewinterde vegetariër herkent zich in alle varianten en bedient zich van alle bovenstaande argumenten, al naar gelang de situatie vereist.
Daarnaast zijn er mensen, die van dieren houden en ze om die reden ook willen proeven.
Vast zijn er ook mensen die dierenvlees eten omdat ze dieren haten.
Wellicht is de reden waarom de mens zichzelf niet graag als een diersoort ziet, gelegen in de consequentie dat kannibalisme dan een logische optie zou zijn.

Het belaagde dier zal het uiteraard worst zijn om welke reden hij niet opgegeten wordt.

Deze fabel lijkt te gaan over vlees eten of niet, maar in feite gaat het over de logica die dienstbaar is aan alle standpunten.
Logica prostitueert zichzelf en doet het met alle meningen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *