Geschiedenis van mijn jeuk 3

Wat zo fantastisch was aan mijn sessies met professor Zeelbrandt was het feit dat ik nauwelijks iets hoefde te vertellen, dat deed de vermaarde zielkundige zelf wel. Omdat hij toch al op gevorderde leeftijd was gunde ik hem het genoegen om op zijn eigen sofa te kunnen liggen.
Ik hoefde dus niets te doen, precies wat een patiënt wenst van een goede therapeut. Wel stuurde hij mij weg met zeer praktische adviezen. Niet krabben, hoe simpel kan het zijn. Iets nalaten zou toch niet zo moeilijk moeten zijn?
Maar probeer maar eens te ontspannen, elke actie die je daarin onderneemt leidt tot spanning. Zeelbrandt noemde dit probleem ‘de moeilijkheidsgraad van de eenvoud’.
Hoe simpeler hoe moeilijker te bereiken.
Hoewel het niet krabben al een vermildend resultaat begon te geven moest ik natuurlijk ook werken aan de onderliggende overtuiging dat ik alles wilde begrijpen.
Eerst wilde mijn eigenwijze hoofd het nog goedpraten door te beweren dat het louter nieuwsgierigheid was, dat ik daarom alles wilde weten, hoe het werkte of waarom iets niet werkte. Gelukkig prikte Zeelbrandt daar makkelijk doorheen door het aforisme van Wildesheim aan te halen:
“De mens lijdt aan twee aandoeningen, ten eerste geheugenverlies en de tweede ben ik vergeten…maar je kunt er ook van genieten en dat vergeten veel mensen wel eens!”

Gaandeweg moest ik in iedere sessie erkennen en aanvaarden dat ik eigenlijk zoveel niet wist. De jeuk werd daarmee iets draaglijker. Zeelbrandt probeerde mij zover te krijgen dat ik niets meer zeker wist, dat zou een inversie van de Pruritus teweegbrengen, zodat het lijden zich omkeerde in puur genot.
Zover waren we nog lang niet. Zeelbrandt vervolgde gerieflijk liggend zijn huidcollege de derde sessie:
‘Het grootste zintuig, die behaarde huidzak die ons leven omvat, is een ademend membraan waarmee we direct in contact staan met de wereld. Wanneer die sensitieve huid niet van jongs af aan wordt aangeraakt, gestreeld, gemasseerd dan gaat het zintuig zich vervelen, zintuigen willen nu eenmaal graag iets beleven, daar zijn ze voor op aarde. Zonder aanraking en stimulans raakt de huid verdoofd en gaat aanvoelen als eelt. Als de poriën zich maar lang genoeg vervelen gaan ze zelf prikkels afgeven.
Wie nooit aangeraakt wordt gaat zichzelf krabben, zo laat de praktijk zien…de huid wil zich immers levend voelen…’
Zo ging er weer een luikje open van die verborgen huidwereld waar ik nog geen weet van had. Nooit had ik erbij stilgestaan dat een huid zich zo kon vervelen. Schuurden koeien en paarden zich niet tegen elkaar of tegen een boom, bestond niet elke interactie met wezens en dingen uit huidcontact?

Thuis vertelde ik opgetogen over de erudiete Zeelbrandt, ik was vol van hem.
Maria nam een wat meer sceptische houding aan:
‘Wat doet meneer de professor nou helemaal…hij loopt leeg op zijn sofa en jij
maar betalen voor zijn gratis ongevraagde adviezen?…’Niet krabben!’ , dat had ik je ook kunnen aanraden…en die traumatheorie, daar krijg ik nou jeuk van weet je!?’

‘Ach, zie je wel’ ,concludeerde ik, ‘jij kunt dus ook jeuk krijgen van een idee…het bewijs is geleverd…dan weet jij ook eens hoe dat voelt!’
Maria trok zich geërgerd terug. Ik hoorde haar vergeefs in de besteklade rommelen. De schuimspaan had ik weggegooid.
‘Ga je de volgende sessie mee naar dokter Zeelbrandt?’, probeerde ik.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *