-Afwezigheid van bewijs is geen bewijs van afwezigheid.
-Afwezigheid van een goede theorie is geen bewijs dat er geen levende praktijk bestaat.
-Wat de wetenschappelijke methode denkt waar te nemen is niet de natuur op zich,
maar een bepaalde uitwerking van de natuur zoals die zich aan de methodiek openbaart.
-Afwezigheid is het onomstotelijke bewijs van de ruimte, wat niet wil zeggen dat de ruimte stopt bij de huid van de objecten die erin verschijnen.
-Ruimte is alomtegenwoordig aanwezig en wel dankzij het simpele feit dat zij wordt waargenomen. Het waarnemen van afwezigheid is het meest primaire wonder omdat het waarnemendheid bewijst.
-Zonder bewust zijn zou de totale manifestatie van de wereld niet kenbaar zijn. Aan wat zou die zich kenbaar kunnen maken?