Toegewijd

“…Ach Sfnoqk, ach allerzwachtelste in der zwevendste hemelwijk.
Uwer befaming vermonkelt aller blamen tot wolst!
Uw winstbevogeling geboort ons tot verheden verpulst.
Moog die minstgeringste piezelkruim verhoogzegend zijn…”

‘Met dit ochtendgebed begonnen de Boiknezen hun dag’, aldus
Per Sjørholm, de Narvikse postbode die zich geroepen voelde het
eeuwenoude manuscript uit de IJslandse Boiktapi-cultuur te vertalen.
Het zeewierschrift liet zich niet makkelijk decoderen zoals bovenstaand citaat laat zien.

‘Een duistere tekst vol onvertaalbare begrippen die alle ruimte aan de wildste speculaties bieden’, vertelt Sjørholm in zijn eenvoudige fjordwoning.
Een markante figuur…vrijwel het gehele gezicht van Per is witbehaard, alleen zijn voorhoofd en rode appelwangetjes schijnen door het haar heen.

‘Toch laat die laatste frase van het gebed niets te raden over’, vervolgt de vertaler zijn betoog, ‘het toont aan dat in de dingloze samenleving der Boiktapi het minste geringste de hoogste eer bewezen werd!’
Sjørholm blijkt zichtbaar aangedaan door zijn constatering.

Als ik hem vraag naar wat hem zo ontroert, legt hij uit:
‘Er zit iets heel moois in het eren van het minste geringste… waarom weet ik ook niet
goed…in het eerbetoon gaat het wellicht niet om datgene waaraan eer wordt betoond maar om de daad van het eren zelf!’
Aan het eind van het vraaggesprek informeer ik naar de vertaling…hoe ver hij nu gevorderd is. Per begint te glunderen en te lachen.
‘Ach, het is mijn levenswerk geworden, maar… misschien gaat het ook hierbij meer om het vertalen dan om datgene wat onvertaalbaar is!’

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *