Doehetzelfgoden

Het was me het weekje wel,
in zes dagen
een belevingswereld
herscheppen.

Op de zevende dag
zwerven we
door de Gamma
als echte doehetzelfgoden
om een Dag des Heren
in elkaar te timmeren.

Een soort van hondehok
voor onze God
die liefst
onaangelijnd
in de tuin ligt.

God blaft soms
voorbijgangers aan
en postbodes af.

Vandaar zitten we
op godencursus
om onze schepper
af te richten.

Toch zijn we dankbaar
dat wij geschapen zijn
tot baasjes.

God bidt met haar staart
tussen de benen
dat we nu
eindelijk eens gaan
luisteren,

dat we te gek zijn
om los te lopen,

en dat we anders
terug naar de fokker…

SV SoWhat

Sportvereniging So What dwaalde traditiegetrouw rond in de laagste regionen van de landelijke competitie. Soms degradeerden ze naar een lagere divisie. Het ging de werknemers enkel om het spel. Ze werden ruimhartig gesponsord door de plaatselijke fabriek die afvalzakken produceerde, tevens naamgever van de club. De SoWhat-zak was een zeer gewild produkt. Niet zo zeer vanwege het onweerstaanbare uiterlijk…zak toonde asgrauw en rook naar verbrande motorolie.
Het succes kleefde vooral aan de onmisbaarheid die de zak uitstraalde en het feit dat de zak de goedkoopste was van de afvalzakbranche.
De speler/werknemers van SoWhat droegen witte shirts met de clubnaam in afvalzakgrijs. Om de prijs van shirts te drukken speelden ze allemaal met rugnummer 11.
Soms kregen ze wel eens het gevoel dat ze op het speelveld louter als wandelende reklamedragers fungeerden. Hun directeur/trainer wist dat wekelijks uit hun hoofd te praten in de kleedkamer. Ze moesten niet zo cynisch zijn als bestbetaalde spelers in de huidige divisie….sportiviteit betekende vooral dat je je een goede verliezer moest tonen.
Het bedrijf groeide exponentieel toen ook het buitenland de betaalbare zak in het vizier kreeg. Afval bleek een groeimarkt binnen het economisch speelveld, dus ook de afvoer daarvan.
Vlak naast de enorme zakkenfabriek SoWhat.BV verrees na jaren gesteggel met de gemeenteraad over de bouwvergunning een eigen stadion. De uit staal en glas opgetrokken Sportkolos torende hoog uit boven het regionale industrieterrein,
een sportief hoogtepunt in het landschap.

Ozamaki’s bl*nde vl*k

Kijk, een bl*nde vl*k
je weet niet wat je niet weet
dat weet je zeker
*

Het oog ziet zich niet
is benul een bl*nde vl*k
die zichzelf niet kent

*

Onopmerkelijk!
een schaduw in zwarte nacht
zwijgzaam in stilte

*

Kijk een natte plek
weet water dat ze nat is
voelt ze zich vochtig?

*

Achter je ogen
licht een bl*nde vl*k net als
voorbij de einder

*

Dat wat er niet is
valt moeilijk te ontkennen
maar vormt geen bewijs

*

Niets is helderder
dan een gesneuvelde ruit
onbevlekt uitzicht

*

Niets zo lucide
als geen wrijving, geen weerstand
niets is afwezig

*

Ben ik nu sneeuwblind
of zie ik een blonde vlok
smeltend op netvlies?

*

Ozamaki’s verbeelding

Wie denk je nou wel
eigenlijk dat je bent of
is het maar een spel?

*

Wat een verbeelding
denk maar niet dat je leuk bent!
wel nee, heel geestig

*

Elk ding doet alsof
het is vrij van elk concept
vrij van vorm en naam

*

Het ding speelt haar rol
maar kan elk moment ruilen
van betekenis

*

Mensen zij het ergst
multi-interpretabel
identitijdloos

*

Teveel fantasie?
zonder verbeelding geen feest
geen geestig leven

*

Zeg, wie ben je dan?
je ben slechts een mogelijkheid
een sublieme kans

*

Om alles te zijn
en tegelijkertijd niets
dan verbeeldingskracht

*

Nu ben ik een luis
in de Melkwegfantasie
zuigend aan mijn duim

*

Morgen ben ik god
een stapelgekke schepper
die eerst een schep schiep

*

En eergisteren
zal ik onsterfelijk zijn
geweest als stilte

*

Ozamaki’s Haiku-tsunami

Wereldwervelstorm
ze vliegen om je oren
tienduizend dingen

*

Vlaggen aan flarden
de wereld als hutspot
alles door elkaar

*

Tienduizend haiku’s
elk ding is verdichting waard
in het volle licht

*

Het komt aangewaaid
om beschreven te worden
impressies in geest

*

Een vloed van haiku’s
zal mijn eiland wegspoelen
teruggeven aan zee

*

Laat mij verzuipen
doordrenkt zijn van poëzie
stervensvol leven

*

Een bloedtransfusie
poëzie als bloedsomloop
lyrisch voortbestaan

*

Het regent haiku’s
putjes in de sneeuw van geest
tranen van geluk

*

Ozamaki’s krantenwijk

Nieuws blijft immer oud
zelfs de meest verse misdaad
herhaalt een oud zeer

*

Spel oude kranten
herlees de vetes tussen
angst en verlangens

*

Queestes naar geluk
een dwaas patroon herhaalt zich
van vergeefs pogen

*

Nooit toont zich iets nieuws
angst om iets te verliezen
de wens te winnen

*

Strijd om objecten
dingen om te bezitten
bezeten mensen

*

Macht veroveren
uit innerlijke onmacht
nooit is iets genoeg

*

Kranten staan in brand
het nieuws kan pas uitgeblust
als de geest zich dooft

*

Geluk blijkt nooit een iets
ze staat nimmer in de krant
ze schijnt stil benul

*

Ozamaki’s herfst

Wild verwaaid herfsthoofd
geest vol vermolmde dromen
vergaan tot compost

*

Hoofdharen vallen uit
uit neus en oor woekert haar
opschot uit een stronk

*

Reuze bonsaiwilg
jaarlijks geknot voor twijgen
om mee te vlechten

*

Herfstwind buigt ze mals
droomt de knot van vlechtwerken?
nee, natuurlijk wel

*

De snoeier snoeit zich
vlecht al zijn levensjaren
tot zijn bast hol is

*

In de knotwilgkruin
ontkiemen kruiden uit molm
als een wild pruikje

*

Wind legt een herfstei
in de holte van je hart
nu verstild broeden

*

Ozamaki’s zielsbehuizing

Zielsbehuizingen
elk bestaan een nieuw lijfje
in en uitlevend

*

Soms plant, dan weer dier
schimmel dan weer bacterie
desnoods ooit wensmens

*

Alles mogelijk
kies de mooiste vermomming
geen hond herkent je

*

Alleen de ziel blijft
vrij om steeds te verhuizen
snel van slak naar haas

*

Een verkleedpartij
naadloos past ziel in elk lijf
libel, zalm of luis

*

Zo avontuurlijk
levensvormen belevend
elke biotoop

*

Reis zonder koffer
zonder paspoort kom je thuis
in welk lijf dan ook

*

Ozamaki’s twijfel

Een trap van leegte
onzekerheid als leuning
stilte als houvast
*

Je weet heel zeker
dat je in feite niks weet
wat verten opent

*

Vertrouw er blind op
dat twijfel het midden schenkt
al morst ze vaak graag

*

Je twijfelt zeker
of dood wel het einde is
of een begin van…

*

Twijfel? je weet het niet
noch het een of het ander
waarom niet beiden?

*

Van waar tegenstrijd?
beiden vullen elkaar aan
een en een is een

*