‘De aarde is een tuin. Maar wie plantte de eerste planten? Wie of wat kweekte de planten op uit het eerste zaad? Of was de plant er eerder dan het eerste zaad? Waar kwam dat lumineuze idee vandaan om zaad te bedenken en tot plant te laten groeien, van binnenuit? In welke geestestuin groeiden deze ideeën?
Wie of wat plantte deze ideeën? In welke geestesgrond konden deze ideeën wortelen?
Als intelligentie de grond is waar ideeën in ontspruiten…wat zou een idee zijn zonder bewust zijn? Niets, onkenbaar.
Is welke belevingswereld dan ook…los te zien van het bewustzijn daarvan? Leven we dan niet in een tuin van bewust zijn? Bodemloze bestaansgrond…’
Uit: “Mijn leven als plant”
F.Wildesheim