Kiemstil

De berg kent maar één wens:
de wens dal te zijn.

En één ongrijpbare angst:
de val in het dal,
het einde van het grijpen.

De hemel zegt dat de berg al lang het dal is,
de grot vertrouwt de hemel blind.
Het rotsblok echter koestert argwaan.

De grot is al aanwezig afwezig zijn,
de rots lijkt echter dan ruimte.

Onder de bodem van het dal
zingt het gevallen zaad
het kiemstille lied van lente.

Het leven gaat niet door,
leven staat elk moment stil
bij de stormen rondom de berg.

De hemel zegt dat het dal
duurzaam roerloos blijft
tijdens alle vormen van storm.

De winter is te mild
zaadjes ontkiemen
overmoedig vroeg.

Heimbaar

Geachte heimbare opening,

Deze openbaar geheime woorden
waren niets dan lauwe schaduwen,
loos gewauwel over ultiem licht.
Verduisterende taal die het zicht
op de intiemste stilte verhinderde.
Het vulde deze hemelse ruimte
met vergeefs schemergezemel
dat alom verzuimde ook maar iets
te betekenen, zelf minder dan niets.
Het onbeschrijflijke is nu ontschreven,
als eendagsvliegjes van eeuwig leven.
Vergeefs zijn is een geschenk
in zichzelf, wellicht een wenk
om alles op te geven wat beknelt,
alleen het onberekenbare telt,
het onweegbare, zo onmetelijk.
Grensloos licht weegt geluk.

Plas

{CAPTION}

Wie had dat kunnen bedenken, dat de wijdse hemel in de platte plas zou gaan liggen samen met de stammen van het bos? Verlangden de stammen zo naar het gevallen blad dat ze zich overgaven aan het nat?

Het enige wat ontbrak…die verzopen dorstige herfsthond likkend aan de plas alsof het zijn drinkbak was. In de herfst zag je hem amper in het vlammend dode gebladerte, in de verte een weerklank van kaal vaag geblaf.

Fabel van de muur

Sinds de val van de Berlijnse muur dertig jaar geleden kwam er wereldwijd 22.000 kilometer aan grensmuur bij. Het slechten van die ene ‘slechte muur’ is een zaadje gebleken. De aarde was kennelijk vruchtbaar om er muren op te laten groeien. Wie gaat ze ooit nog oogsten? Muren zijn het probleem niet, de afwezigheid van poorten wel, maar dat is een open deur. Wat zijn poorten anders dan onzichtbare muren van ruimte.
Pas al men de muur van ruimte ontdekt zal de absurditeit van dit alles worden gezien. De mens is het wonderlijkste fabeldier.

Balts

In de moderne dansvoorstelling ‘ Spasmodus’ van danscollectief ‘Movemental’ leken de dansers uit hun vleselijke lichaam te willen ontsnappen. De dansers zaten duidelijk niet lekker in hun vel, gevangen in een zak vol bloed en botjes. Lichamen maakten de meest verwrongen bizarre gebaren. De ledematen keerden zich manisch buitensteboven, achterstebinnen en onderstevoren. Keken we hier naar dans of naar een verbeten en vergeefse strijd tegen het eigen lichaam? Zagen we een verwoede vluchtpoging uit het lichaam om daarna eindelijk echt te kunnen vliegen? Menig choreograaf erkent dat danskunst feitelijk een surrogaat voor vliegen is. Zonder vogels, vlinders, insecten had de mens waarschijnlijk nooit het verlangen opgevat om te willen vliegen. De zwaartekracht ontlopen. Vogels kunnen heel mooi dansen. Baltsgedrag, zo heet de vogeldans, erotische verleiding. Baltsende vogels hebben nooit les gehad in hun danskunst, nooit geoefend, nooit een beweging bedacht. Nooit voeren vogels een door een andere vogel bedachte choreografie uit. Alles komt spontaan van binnenuit. Totale overgave aan hun natuurlijke staat maakt elke beweging subliem en vanzelfsprekend. Liet deze moderne mensendans niet vooral zien hoe ver de moderne mens vervreemd was van zijn natuurlijke staat? Zo vervreemd van de ziel dat alleen het afstoten van dat vleugelloze zware lichaam het bestaan van de ziel kan aantonen? Een paardenmiddel om te ontdekken dat je van ziel bent en een lichaam hebt. Het zag er zo bedacht uit, zo heel goed bedacht, tot in de perfectie. Na de voorstelling in de buitenlucht floot een vogel…voor z’n malle moers kont weg.

Staaktalent

Zwervers, vluchtelingen en psychiatrisch patiënten staken al jaren op straat. Je hoort hun ijzingwekkende zwijgen dat niemand naar ze luistert. Demonstratief liggen ze in de kantlijn van het grote succesverhaal. Zij hebben geen taal nodig. Ze belichamen de schending van al hun mensenrechten, verwaarloosd, genegeerd. Hun bestaansrecht wordt gelegaliseerd ontkend. Hun onzichtbare horde groeit gestaag en onmerkbaar leggen zij de hele economische machinerie stil. Het voltrekt zich geruisloos. Onderhuids is natuurlijk iedereen een potentiëel voortvluchtige zwerver met het vermogen om knettergek te worden. Een universeel aangeboren talent dat floreert bij gebrek aan reflectie. Een van de voortekenen van die gekte is de aanname: Dat zal ons nooit overkomen. We doen net alsof ze niet bestaan. De staat van ontkenning is legaal.

Verhaalmaag

Het laatste verhaal klopte aan op de bovenkamerdeur van de schrijver. De deur was altijd open…wist het verhaal veel! De schrijver hoorde het maar al te goed, toch liet hij het laatste verhaal vergeefs aankloppen. Door het sleutelgat begon het verhaal zich ongevraagd te vertellen: “Ik ben het laatste verhaal…het verhaal dat sterft in de lezer, het verhaal dat helemaal is binnengekomen en verteerd. De meeste verhalen dringen nooit zo ver door tot in de maag van de lezer, laat staan dat het aan verteren toe komt…”
Hier zweeg het verhaal even, om op adem te komen. Het leek de schrijver een sterk verhaal. Toch weigerde iets in hem de deur te openen. Open doen zou het einde van het schrijven betekenen. Het laatste verhaal heeft niets te zeggen en dat is niet niks, meende hij. Het verhaal probeerde door het sleutelgat de schrijver te ontwaren, waar zat hij? Waarom gaf hij niet thuis? , zo vroeg ze zich af. Was hij wel thuis? Wat had ze te verliezen als ze niemand kon vinden die haar wilde opschrijven? Ze begon voorzichtig de deur te forceren om binnen te komen. Omdat de deur niet op slot was viel ze de bovenkamer binnen. Ze keek verwilderd om zich heen. Er was niemand aanwezig. Verder was er ook niets, geen meubilair, geen bureau, geen schrijfgerei. Was de schrijver met de noorderzon vertrokken? Was hij niet thuis? Was er hier eigenlijk ooit wel een schrijver geweest?
Of was de schrijver zelf een vluchtig verhaal? Een verhaal dat niemand meer las?
Dit was het uitgelezen moment voor het laatste verhaal om de bovenkamer te verlaten,
vluchtig…