Nectar

Betekenissen zijn bloeiwijzen van de geest.
Taal vormt slechts een bloemlezing,
een virtueel boeket van mogelijke betekenissen.

De directe naamloze ervaring
verhoudt zich tot het namennoemen
als een veld wilde bloemen tot een boeket
plastic bloemen in een droge vaas.

Naamloos ervaren overstijgt welke betekenis dan ook.
Wat willen plastic bloemen anders zeggen dan:
ga naar buiten, het wilde veld in en verdrink in nectar.

Betekenissen planten zich voort in het taaldomein,
die virtuele tuin die eindeloze plastic zingevingen kweekt.
Het levende veld laat zich direct beleven als openbaar geheim.

Wat beleeft ‘n insect aan de kunstbloem of aan het woord bloem?

Het wenselijk tekort


Hoe de eerste wens op aarde verscheen weet niemand. Kwam ze per Ufo…
werd ze geteleporteerd vanuit een gedoofd sterrenstelsel, vanuit een zwart gat?
Waar kwam de wens vandaan, dat toverstokje van de geest?
De wens is gaandeweg een vreemd wezen gebleken, een invasieve aliën.
Ze heeft aardse wezens geïnfecteerd als een virtueel virus.
Toen de eerste wens de aarde bezocht wist men nog niet wat wenselijk was.
De eerste symptomen waren dat de besmette geesten ‘iets anders’ wensten te worden,
iets anders te zijn. Eigenlijk wensten ze alles te zijn…behalve zichzelf.
Bij sommigen uitte het virus zich in…steeds meer willen zijn, meer willen hebben.
In de meest ernstige vorm wenste men voor zichzelf een blijvend zijn, een leven zonder dood. Er werd destijds niet meteen naar een vaccin gezocht omdat de symptomen zo onschuldig leken en zelfs wenselijk…
Binnen afzienbare tijd was iedereen besmet en had bestrijding geen zin meer. De wens had zich gerieflijk ingenesteld. Zo werd het anders willen zijn het meest typerende kenmerk van de menselijke soort. Er ontstonden landen met ongewenste mogelijkheden, met proeftuinen die louter oneetbare vruchten voortbrachten. Tegenwoordig verklaren sommigen de wens zelf als onwenselijk en achten haar hooguit geschikt om mens te willen zijn. Vraag alleen niet wat ze onder dat ‘menszijn’ verstaan. Ze hebben geen enkel criterium voor zoiets denkbeeldigs. De wens is slechts een mogelijkheid tot…wat dan ook. Een Terra incognita.
Dat onbepaalde maakt de mens tot iets vreemds.
Niets menselijks is mij vreemd, al is ook dat even vreemd.
Het mysterie zelf heeft kennelijk geen wens zich te verklaren.
Ware schoonheid is onbegrijpelijk.

(Tekening Glenn Baxter)

Tegenmaatregelen

Onder het viaduct laaide het vuur van de tijdgeest hoog op,
het laatste toevluchtsoord voor de op drift geraakte ‘vrije’ mens.
Een antieke Chesterfieldbank draaide rond aan het spit,
gretige vlammen likten aan het gecapitonneerde leer.
De vuurmeesters begoten haar af en toe met de duurste whisky
om op smaak te komen. Het was hier zeekomkommertijd,
men wist van gekkigheid niet meer wat er op de bucketlist stond.
Men moest immers alles hebben gedaan, geproefd, beklommen enz…
Zo was de tijdgeest, verslaafd aan verstrooiing en bang iets te missen.
Dan had je pas geleefd en eruit gehaald wat erin zat.
De bank was inmiddels wel gaar.
Nu begon het gesteggel over wie het ding mocht aansnijden.
Hoe het zou smaken wist nog niemand, maar nieuw zou het zeker zijn.
Boven op het viaduct werd het asfalt langzaamaan zachter en zachter.

Kerstvraal

We gingen op kerstochtend naar onze tuin, ons aardse paradijs.
Om het water af te sluiten voor de immens strenge Hollandse winters.
De toegangspoort leek te zijn geforceerd. We wrongen ons door de kier.
Het electrische slot deed het niet meer.
Eenmaal binnengedrongen onderzochten we wat er loos was.
We keken naar braaksporen, sloten het hek dat nu meteen in het slot viel.
Het was mij onmiddellijk duidelijk dat we ingesloten waren.
Gegijzeld door een kapot slot. Gevangen in ons aards paradijs.
Van iets of niemand mochten wij kennelijk de wijde wereld niet meer in.
Een geheime opluchting nam mijn hart in bezit.
Welke misstap hadden wij begaan om dit geschenk te krijgen?
De verbanning was van korte duur. Twee uur later kwamen onze bevrijders al.
We moesten dankbaar zijn dat we de wereld weer in mochten.
Ik sloot het water af om zodoende een Elfstedentocht af te dwingen.

Dodelijk nut


De lijn tussen roeping en neurose is flinterdun en eigenlijk een kunstmatig onderscheid.
De kunstenaar doet wat hij niet laten kan, de neuroot doet eveneens wat niet na te laten is. Geboren worden met een obsessief talent wordt gezien als een goddelijke gave die beloond wordt met status. Geboren worden met een talent voor obsessies wordt gediagnosticeerd en als ziekte onderdrukt, men wordt opgeborgen in gesloten paviljoens. Kunstenaar en patiënt zijn vrijwel niet meer te onderscheiden.
Het enige wat de kunstenaar kan doen om officieel voor kunstenaar door te gaan is kunst maken die maatschappelijk geëngageerd is, kunst die zin en nut heeft voor de maatschappij. Kunst die een opvoedkundige functie heeft en wat opbrengt op de markt. Uiteraard betekent dit de doodsteek voor een kunst die vrij hoort te zijn
van alle domeinen en juist daardoor boven alle domeinen kan uitstijgen.
Waarschijnlijk zitten er veel geniale gekken in paviljoens, zeker is dat veel musea volhangen met werk van kunstzinnige patiënten.
Als de opties zijn: het museum of het paviljoen…dan verliest in beide gevallen de kunst.
De magie van kunst is dat ze via een object het subject kan transcenderen, waardoor het begrippenpaar subject-object wegvalt. Kunst die dat teweeg brengt is even kostbaar als zeldzaam.
Het is dan ook een misverstand dat we van kunst houden, we houden
van transcenderen.

Bigkip


In je nieuwste auto sta je achteraan
in de file naar de autosloperij (3X)

Volg je het laatste nieuws of de natuur?
of kun je dit alles niet zo goed volgen?

Leun je gerieflijk met je rug tegen de muur?
of wordt je soms liever levend verzwolgen?

Op je beste foto sta je mooi voornaam
in de rij voor de zoetebroodjesbakkerij     (ad infinitum)

Enquête

1) Hoe vindt u de zin van het bestaan?

…met een metaaldetector…?

2) Gelooft u in wonderen?

…onder mijn bord pap staat een tafel, is dat niet wonderlijk genoeg?

3) Hoe waardeert u succes en roem?

…ik acht mij gezegend met een onopmerkelijk voorkomen…

4) Wat is de laatste keer dat u welke smoes verzon?

Gisteren nog…sorry dat ik zo laat ben, mijn boot had een lekke band…

5) Hoe staat u tegenover de wet van de versnelling?

Ik sta daar graag bij stil, omdat vertraging werkt als een microscoop, werelden ontvouwen zich in de vertraging, het vermeerdert de beleving exponentieel.

6) Wat is voor u het meest heilige op aarde?

Als stront al niet heilig is dan is niets heilig, zonder dat geen biosfeer…

7) Wat is voor u volksziekte nummer 1?

Het lijden aan geestelijk overgewicht, onverteerbare gedachten. Zwaargeestigheid.

8) Hoe schat u het huidige menselijke communicatievermogen in?

Wacht even dan zet ik mijn bril op, dan luister ik misschien wat beter.

9) Wat vindt u van de medisch-technologische vooruitgang?

Het gaat slecht met de dood, de wetenschap probeert haar om zeep te helpen.
Ze is trouwste metgezel van de mens, trouwer dan een gedomesticeerde hond.

10) Vindt u dat een enquête als deze voor poëzie kan doorgaan?

Waarom niet? Gedichten zijn haarwortelvaten van de taalevolutie, die tasten naar naam en vorm voor deze wonderbaarlijke belevenis, veelgenoemd en onbekend onder de schuilnaam: Leven…

Vlek

bewust zijn
is de onverwoestbare
kanarie in de kolenmijn
van het zijn
en bovendien de olifant
in de bovenkamer
en ook nog eens tegelijk
de blindste vlek van de geest

waar je ook bent
overal zit die kanarie
op de rug van die olifant
uitzinnig stil te zingen
over deze geestige
blinde vlek…

je struikelt hier
overal over
olifantastische
kanariepopulaties

het lijkt wel een plaag
als het geen zegen zou zijn
dat de blinde vlek
alles ziet zonder ogen