en het ging te paard
alleen als het paard
vertrouwen kon
at het uit je hand
streelde het trouw
jouw manen
hals aan hals
stond je blind
innerlijk te staren
als een kind
verheugd over
het gedragen zijn
door het ongezadelde
het verheugen
op wat dan ook
op het onbekende
op het eenmalige
stapvoets wiste ze
al haar sporen
met haar staart
het onbeteugelde
als het ware
het meest dierbare
ongetemd maar
subliem afgestemd
op het gebied
je was nu volkomen
van de kaart
als een pas
geboren veulen