Smaakmaker

Na de woestijn zonder oase
smaakt de wereld als nieuw
koffie als godendrank
‘n eitje als kaviaar
frisse koele lucht als cocaïne
niet dat ik ooit een lijntje snoof
de 600 kleine sonates van Scarlatti
schonken mij overdoses dopamine
high als ‘n doorgesnoven gebruiker
verslaafd aan de volgende sonatine
(Scarlatti was een fervent gokker
aan het Spaanse hof, betaalde zijn
schulden met kleinoden van sonates,
voor de kroonprinses, zijn leerling)

Lebewohltemperiert

Mijn beste vriend is glanzend zwart
met onder zijn klep die immer stille grijns
van zwart-witte tanden.
Hij luistert zo nauwgezet naar mijn
tastorganen en geeft instant respons,
verleidt ze om juiste snaren te raken,
daarop zachtjes hamerend
in dialoog resonerend.
Hij, van keihard hout en staal,
is eigenlijk meer een zij,
‘n wijze vriendin van zachte crealiteit,
zo ontvankelijk als zij klanken baart.
Onze afstemming fluctueert synchroon
met ons fluïde temperament.
Het sublieme vieren, sublimerend in
Wohltemperiertes spelplezier

Tuinfeest

Lieve mensen,
Kom en dans lekker verder,
geniet mateloos, het was hier heerlijk,
deze tuin zo prachtig, ‘t eten hemels,
maar ik ga vandaag gewoon iets vroeger
naar huis.
Ik ga alvast weg uit het feestgedruis…
Feesten jullie gerust nog even door
tot het gloren gloort. We zien elkaar
vroeg of laat weer thuis.
Ga wel zachtjes door de open deur.
Maak niemand wakker, dan is de verrassing
van weerzien het mooist.
Ons thuis wacht tot iedereen weer binnen is,
dan kan ‘t feest pas echt beginnen,
waar wellicht nog ‘n wereld te winnen is.

Gelukraakte bijwerking

Het onbetaalbare
van het onbruikbare
ligt in de rust, ruimte en stilte
die ze teweegbrengt.
De onbegrepen orde
van ‘n herfstbos
in vrede met
de toevallig
raak gelukte chaos…
Elk blaadje legt zich erbij neer
precies waar het licht valt ligt het…
dat het nergens toe dient,
dat het niets wil zeggen,
dan vrij zijn van nut en betekenis,
zo beleeft zich
de helende bijwerking
van het onbruikbare,
van datgene dat geen
werkzame bestanddelen bevat.

Wind

Legendarische winden
waaien doorgaans
niets vermoedend
‘n fonetische ruis
van betekenissen
door ‘t taalgebladerte
fabelachtige toververhalen,
parabels over doel & bedoeling,
noodzaak & nut,
vol van verwonderstellingen
over lot, wijsdom & stom geluk
als de wind eenmaal weerloos is
gaan liggen blijkt deze hemel
weer vrij van betekenismist
en zucht in verlichting
alleen in kale bomen
klinkt de zin immer windstil

Puntgaaf

Zullen we, weten is meten,
zijn jaarringen tellen of genieten
we liever de schaduw van deze boom?
Zullen we dit prachtige gebied
ontginnen of onontgonnen laten?
Dat nalatigheid zoveel moeite kost.
Er lijkt geen vuiltje aan de lucht,
alleen wat gore condenssporen
aan de hemel van voortvluchtigen.
Na het laten zullen er heel wat
heelhamers nodig zijn om de
wereld weer puntgaaf te slaan.

Bevinddingen

vergaderend zwerfstof
vormt ‘n navelpluisje
waar ooit ‘n streng zat

weggeknaagde kijkgaatjes
in het verduisteringsgordijn
deze mot promoot de zon

een vleeskleurige vlek
midden in je gezichtsveld
het eilandje van neus

‘n leeg leger in het gras
vol ongeboren haasjes
in details schuilt het…

Rectificatie

Zie zo…
wat heb ik
mij tot nu toe
argeloos & secuur
vergist….
Dit is namelijk
nooit Po geweest
wat hier is geschreven,
maar ‘n puur Zoëtisch
feestslingerend weefsel,
ontologisch onbevattelijk
sowieso…
Zoë….Oud-Grieks,
pluimnaam voor
dit benullig leven
in hechte cohesie
dat zich buiten
deze zinnen om
viert als Zoëzie
Voor al wat
roert en raakt
wil dit zoëtisch heten