Airbag

Ik had geen tijd over om te koken.
“Over of er voor over?” vroeg mijn vrouw nog.
Om het antwoord uit te stellen reden we naar een buurtrestaurant dat zich toelegt op restverwerking. Ze redden daar ingrediënten van de rand van bederf en koken daar uitstekende fantasiegerechten van die in geen kookboek te vinden zijn.
Helaas waren ze dicht op maandag. Zo verzeilden we bij de buurtchinees die zich nergens in specialiseerde.
Van alle markten thuis, Kantonees, Roti, Indo, Javaans, Thais.
Vele keukens één smaak. Terwijl we wachten op de ober zie ik een man met zijn gezicht in zijn volle bord Bami vallen. Zijn vrouw reageert opvallend rustig en tilt zijn hoofd uit het bord, alsof het dagelijkse kost is. Met het servet veegt ze hem bij bewustzijn.
“Ik was even weg!” hoor ik hem zeggen.
Mijn vrouw heeft niets gezien maar ziet wel mijn verbijstering. Ik zeg: “kijk maar niet, ik vertel het je later wel”
Door het voorval herinner ik mij de buurman van vroeger die altijd een kussen op zijn tafel had liggen. Hij zat altijd voor het raam aan tafel. Soms sliep hij ook liggend met zijn hoofd op tafel. Later werd mij uitgelegd dat Ome Cor epilepsie had en daarom uit voorzorg een kussen op tafel had. Heel praktische mantelzorg, zo verwondde hij zich niet en kwam vanzelf weer bij. Dat ging jarenlang goed tot die laatste keer.
Eens moet de laatste keer zijn, dan zijn we even weg.
Pas toen we weer thuis waren kwam het antwoord op de vraag: “Voor over”

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *