Circus

Je werd plompverloren
geboren met een staartje,
zeldzame uitzondering op de regel
die voorschreef geen staart te dragen.
Meteen bij de geboorte begon het ding
al te kwispelen.
Professoren bogen zich over het geval,
die zwiepende speling van de natuur
waar je maar mee moest leren leven.
Moeder naaide in elke broek keurig een staartgaatje.
Iedereen herkende jou als die bezienswaardigheid.
Het circus bood jou een baan aan als publiekstrekker.
Toen je merkte dat je hele diverse wezen alleen nog maar
tot staart gereduceerd werd, begon je eraan te knagen.
Uiteindelijk besloot je tot amputatie.
Dat werd je niet in dank afgenomen, men vond je
een ondankbare hond om zo’n geschenk weg te gooien.
Men staarde je na: ‘daar gaat die man zonder staart!’
Je miste je staartstuk niet, het kwispelde toch wel door,
maar alleen puur van binnen.
Nu was je wel het laatste waar het circus op zat te wachten.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *