De zaak Franz K.

Verdachte Franz K. werd voorgeleid door de openbaar aanklager van het hooggerechtshof, departement Verjaarde strafzaken. De Openbaar Aanklager nam het woord:

“De verdachte wordt tenlastegelegd zijn verjaardag met voorbedachte rade te hebben laten verjaren en dat wel over een periode van 30 jaar…”

“Wat is daarop uw antwoord, meneer K.?”

“ Edelachtbaar Hof….Ik zou Franz K. niet zijn als ik deze feiten zou ontkennen, toch ben ik genoodzaakt de gehele tenlastelegging te ontkennen…mijn lichaam mag dan weliswaar geboren zijn, het inwonend bewustzijn is dat echter niet…Sedert 30 jaar vier ik het dagelijks het eeuwige op elk beschikbaar moment en niet het tijdelijke verjaren van dit onderhavige lichamelijke voertuig…”

De rechter had het verweer met zichtbare ergernis aangehoord en wreef de verdachte K. zijn schuld wegens nalatigheid nog eens uitvoerig in:
“U hebt, lees ik hier, dertig jaar lang uw medemens feestvieringen ontnomen door u te onttrekken aan de wettelijk vastgestelde fysieke twaalfmaandelijkse verjaringstermijn! Eveneens…stelselmatig geweigerd om diverse onuitgenodigde gasten te trakteren op koffie met gebak of andere vormen van vertier…daarbij opzettelijk geen kado’s willen ontvangen hetgeen een klap in het gelaat is van iedere gulle gever…”

Op deemoedige toon nam K. het woord.
“Het spijt mij edelachtbare, maar ik moet bezwaar aantekenen tegen de wettelijke verplichting die het verjarende burgerlichaam dwingt om dit periodiek te vieren en te befeesten…”

De rechter onderbrak het verweer en schudde wijselijk zijn grijze hoofd en oordeelde:

“Verdachte K. luistert u eens goed, die wet is er niet voor niets, bovendien met meerderheid van stemmen aangenomen. Wie bent u om de grondwet van dit land zo flagrant te ondermijnen? Let evenwel op uw woorden en neem in acht dat we u op heterdaad betrapt hebben op uw geboortedag, geheel in afzondering in het bos om elke denkbare gast te vermijden.
De rechtbank acht de gepleegde feiten als bewezen. De straf die de rechtbank u oplegt is een door u te organiseren feest in het hoofdstedelijke voetbalstadion zodat alle onuitgenodigden van de afgelopen dertig jaar gecompenseerd kunnen worden, de duur van de viering is vastgesteld op een hele week. De strafmaat moet worden begrepen als een genoegdoening aan de gedupeerden voor gederfde feestelijkheden…”

Verdachte Franz K. bleef stil na dit verpletterende vonnis… maar hernam zich:
“Wat als ik weiger… wordt de strafeis dan omgezet in onvoorlopige hechtenis?”

“Absoluut!” ,dreigde de rechter.

“In dat geval, zit ik graag mijn straf uit…echter…op strikte voorwaarde dat ik geen bezoek mag ontvangen…” ,stelde K. vrijpostig voor.

De rechter greep naar zijn hoofd en verzuchtte:
“Het Hof gaat in Hoger Beroep…u bent nog niet jarig, verdachte K!”
Waarop K. geboeid werd afgevoerd naar zijn cel.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *