Dierensport

Het is vrij onbekend, maar alle dieren doen aan sport.
Ze worden alleen niet afgeklokt, ze hebben alle tijd.
Zelfs de eendagsvlieg komt ‘savonds als winnaar aan de finish.

Dieren maken niet alleen werktuigen, ze gebruiken ook uiterst effectieve airco en communicatiesystemen (Termiet)
Ze maken niet alleen kunst, architectuur en choreografieën (Prieelvogel) maar ook muziek (Nachtegaal)
Qua mode zijn dieren onovertroffen gezien hun ongekende collectie van verschijningsvormen.(Paradijsvogel, kameleon, inktvis etc.)
Er zijn zelfs dieren met therapeutische gaven,(katten, honden en paarden) die zich dienstbaar maken aan mensen.

Dierachtigen zijn ook nog geboren sporters zonder daar enige moeite voor te doen, het is hun ingeboren natuur waar ze uiting aan geven.
Neem de vlinder (100 meter vlinderslag), geen wezen heeft de discipline om zo inefficiënt mogelijk van A naar B te gaan als zij, en presteert het dan ook nog om bij C aan te komen
(B is helemaal vergeten)

Het jachtluipaard staat bekend als hardloper, maar doet dat nog met een reden, hij bejaagt een prooi.
Echte sport heeft natuurlijk geen doel, het is in feite het vieren van het doelloze. Waarom?
Omdat het ultieme geluk bestaat in de sport om er zomaar te zijn, zonder nut, zonder doel, vrij van denkbeelden.
Oppervlakkige filosofen gooien dit kind met het badwater weg door dit als nihilisme weg te zetten.
Soms lijken filosofen er een sport van te maken om simpel geluk te saboteren door de levende directe ervaring tot een denkbeeld te reduceren.

Ieder dier is een winnaar in zijn eigen eigenaardigheid.
Zelfs de filosoof wint, maar meestal betreurt hij zijn gelijk.
Een dier heeft geen keus tussen gelijk of geluk,
die leeft de praktijk.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *