Dodelijk nut


De lijn tussen roeping en neurose is flinterdun en eigenlijk een kunstmatig onderscheid.
De kunstenaar doet wat hij niet laten kan, de neuroot doet eveneens wat niet na te laten is. Geboren worden met een obsessief talent wordt gezien als een goddelijke gave die beloond wordt met status. Geboren worden met een talent voor obsessies wordt gediagnosticeerd en als ziekte onderdrukt, men wordt opgeborgen in gesloten paviljoens. Kunstenaar en patiënt zijn vrijwel niet meer te onderscheiden.
Het enige wat de kunstenaar kan doen om officieel voor kunstenaar door te gaan is kunst maken die maatschappelijk geëngageerd is, kunst die zin en nut heeft voor de maatschappij. Kunst die een opvoedkundige functie heeft en wat opbrengt op de markt. Uiteraard betekent dit de doodsteek voor een kunst die vrij hoort te zijn
van alle domeinen en juist daardoor boven alle domeinen kan uitstijgen.
Waarschijnlijk zitten er veel geniale gekken in paviljoens, zeker is dat veel musea volhangen met werk van kunstzinnige patiënten.
Als de opties zijn: het museum of het paviljoen…dan verliest in beide gevallen de kunst.
De magie van kunst is dat ze via een object het subject kan transcenderen, waardoor het begrippenpaar subject-object wegvalt. Kunst die dat teweeg brengt is even kostbaar als zeldzaam.
Het is dan ook een misverstand dat we van kunst houden, we houden
van transcenderen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *