Dun huidje

Per Jens Nilfisk, telg uit het roemrijke stofzuigergeslacht zou worden onterfd wanneer hij als enige zoon zou weigeren om zijn vader op te volgen in het bedrijf.
Het zou heel wat stof doen opwaaien binnen de familie als hij niet zou bezwijken onder de druk. Het was een nare familieclan. Er hing een pesterige sfeer op het landgoed waar de kinderen geacht werden te blijven wonen, ook wanneer ze volwassen werden.
Het leek wel of het treitergedrag in de genen werd doorgegeven.
De ingehuurde familiepsycholoog zag dat anders…als aangeleerd gedrag.
Na zes sessies met de familie werd de therapeut zelf weggepest. Met één gemeenschappelijke vijand vormden ze één massief blok bevroren graniet.
Zodra de hulpverlener was afgedropen begonnen ze elkaar weer onderhuids te sarren, uiteraard met een innemende grijns op hun gezicht, wellevende aggressie.
Als jongste telg had Per Jens er het meeste last van. Zijn zusters hadden tenminste elkaar nog om te pesten.
Uit onmacht begon Per in het geheim sabotage te plegen, door ongekookte aardappels diep in de uitlaat van de directeurs-Bentley te proppen, favoriete kledingstukken in de waterput te dumpen. Of de sloten van het landgoed met secondenlijm vol te spuiten, lijmterreur…
Toen de jonge saboteur op heterdaad werd betrapt door de butler omdat hij met zijn jongenshandje aan het toegangshek zat vastgekleefd, werd de spijl van het hek losgezaagd waardoor hij dagenlang met die losse tralie in zijn hand door het leven moest, als straf. Vader Nilfisk eiste eerst een bevredigende verklaring voor het wangedrag van Per Jens, daarna zouden ze eventueel naar het ziekenhuis gaan om zijn hand te bevrijden van die tralie.
Per Jens ontsnapte uit zijn kamer door de ruit kapot te slaan. Liftend met zijn staaf vluchtte hij naar de stad. De vrachtwagenchauffeur vroeg hem waarom hij die ijzeren staaf in zijn hand hield. ‘Laat maar los, jongen’ ,had hij gezegd, ‘geef maar aan mij!’
Op de eerstehulpverlening sneed de dienstdoend chirurg zijn hand los van de staaf.
De staaf had nu een dun huidje in de vorm van een handgreep.
Hij werd door de politie thuisgebracht. De erfopvolger moest en zou zijn opleiding voltooien. Regelmatig nam de opgroeiende Per zijn staaf ter hand. Het was de enige houvast om de dreigende onterving te doorstaan.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *