Fabel van het hokjesgeest


De foto toont de fossiele resten van het hokjesgeest.
In een verre toekomst zullen archeologen deze resten opgraven.
Wij tonen ze alvast, voordat ze bedolven worden door de onvermijdelijke vloed van de geschiedenis — toekomstmuziek.
Dat scheelt een hoop tijd en graafwerk.

Het hokjesgeest heeft, in tegenstelling van wat je zou verwachten, niet die ijle, spookachtige gedaante; het bestaat uit louter muren.
Liefst vier muren met een bodem en een plafond.
Die heeft het hokjesgeest nodig om de verwarring alom vorm te geven.
De wereld beleeft het als een chaos van losse indrukken, om gek van te worden.
De hokjesgeest houdt dus van overzichtelijke categorieën, opbergsystemen, logistiek.
Als het (het hokjesgeest is inderdaad onzijdig en plant zich voort middels spontane celdeling) een relatie aangaat met een ander hokjesgeest, dan breekt spontaan de aangrenzende muur open.
Zo verbinden beiden zich in het echt.

Soms planten ze zich voort door inpandig extra muurtjes op te trekken.
Deze kubusachtige nazaten blijven meestal lang thuis wonen en doen soms dienst als extra cel.
Deze kinderen krijgen geen naam, ze worden dependances genoemd.
Een eigen identiteit hebben ze niet nodig, ze zijn immers identiek.

Om het leven wat kleur te geven, bloost het hokjesgeest inwendig elke gewenste tint.
De grootste natuurlijke vijand is de ruimte, de ruimte die muren opent en verbindingen maakt tussen alle hokjesgeesten.
Ruimte zal uiteindelijk de dood betekenen voor het hokjesgeest.
Een uitgestorven geestsoort zal er dan voorgoed zijn geweest.

Wat zijn archieven anders dan opgeslagen verwarring?
Denk eens aan de lukrake orde van een herfstbos: wat is chaos anders dan onbegrepen ordening?

One thought on “Fabel van het hokjesgeest

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *