Het mooie ding

De eerste keer dat ik onze hond zag gaf ik hem ‘een mooi ding’ , een kort dik stokje.
Hij waggelde als pup nog onbeholpen maar ‘het mooie ding’ nam hij doelgericht aan en begroef het meteen in een zeer ondiep kuiltje achter de heg van de boerderij, waar geen hond het zou kunnen vinden.
Het was duidelijk dat wij voor elkaar bestemd waren, ook ik hou er hartstochtelijk van om schatten in het openbaar te begraven en rondsnuffelend te leven in verheuging van wat er allemaal is.
De natuur is alles de baas, ik luister graag naar de natuur, in dit geval een hond.

‘Het mooie ding’ dat hij begroef was voor later, een bewijs dat honden aan toekomstplanning doen.
Het is mooi om plannen te maken en die vervolgens te vergeten omdat mooiere dingen voorbij komen.
Het fijne van het mooie ding is dat je het kan verzamelen, begraven, opgraven, eraan likken, erop knauwen en doorslikken in niet al te grote brokken.

Onze hond kent het begrip ‘Mooi ding’ door en door.
Vraag ik mijn vrouw; ‘Heb je nog een mooi ding gezien de laatste tijd?’ dan staat de hond meteen rechtovereind, met oren gespitst voor je neus in afwachting van nadere informatie.
Wanneer ik het woord zoeken eraan toevoeg kijkt hij meteen schichtig om zich heen, snuift heftig in de lucht, alsof ik ergens het mooie ding verstopt zou hebben.
Bij de volgende aansporing geeft hij een emotioneel blafje en gaat bezeten op zoek.

De hond heeft alleen oog voor de schoonheid van het driedimensionale, sculptuur.
Voor plattevlakkunst haalt hij zijn neus op, er zit kraak noch smaak aan een schilderij.
Een hond leeft in een openlucht museum van geurkunst waar wij ons geen voorstelling van kunnen maken.
Een permanente tentoonstelling van ongekende geuren die mogelijk onze perceptie van schoonheid waarschijnlijk verre overtreffen qua subtiliteit. Wat is subtieler dan geur?
Wij zijn slechts bazen, de hond heeft ons verbaasd en kan ons blijvend verbazen.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *