In de wachtkamer van de huisarts hangt een postergedicht van Kees Stip.
Het schetst de mensheid als patiënt die in de wachtkamer zit tot de dokter tijd heeft om te genezen. Patiënt betekent geduld, de wachtkamer is om geduld te oefenen.
De dichter wrijft het in tot je een ons weegt. De zalf van het geduld zal de pijn verzachten.
De mensheid heeft mijn hart
ze vergt mijn volle krachten
er zijn er nu al vijf miljard
dus jij moet even wachten
Zo dichtte dokter Stip ooit.
Inmiddels zijn er al meer
dan acht miljard bespeurd
de mens gaat als konijn tekeer
je komt nooit aan de beurt
Als wachten veel erger is
dan klagen over de kwaal
bespaar dan op ergernis
en verlaat het wachtlokaal