Als kind dook je liefst onder,
onder de ruisende kraan
van ‘n badkamerfonteintje
om je vulkanen af te koelen
om de wanen van de nacht
uit je kruin te spoelen
Dat ben je blijven doen,
alleen gaapt nu tijdloze jeugd
in ‘n bespetterde spiegel
een middelbaar masker aan
en gluurt het straks wellicht
naar iets hoogbejaards…
Onder water blijft de jeugd
maagdelijk & naïef ruisen
als wuivende kruinen
van dit betoverde woud,
waar de wind in speelt
als ‘n eeuwenoud kind
het fonteintje stroomt over
van vergeefs lijfsbehoud