Lijstloosheid


Waarom wonen kunstvoorwerpen in lijsten?
Gouden lijsten, vol pronkende ornamenten.
Soms ontsiert versiering het schilderij, dan overschreeuwt vorm de inhoud.

Een lijst lijkt een raamwerk waardoor je naar een andere wereld kijkt.
Gluren door een raampje.
Je kunt het ook zien als een afkadering die zegt: ‘Hierbuiten houdt de kunst op te bestaan en ze begint pas weer bij de volgende lijst.’
Of is het een markering, die zegt: ‘Mensen let op, binnen dit raster bevindt zich iets heel bijzonders.
Komt dit zien, dit is kunst, een verheviging van de werkelijkheid.
Dit is pas echt echt.
Dit is kostbaar, dit heeft status.’

De mens behoort tot de familie der kraaiachtigen: de kraai verzamelt glimmende dingen, blink-blink.
Bij kraaien is daar geen praktische, zinvolle reden voor te vinden.
In die zin is de kraai kunstzinnig door zinloze glimdingen te verzamelen.
Zo bezien is de kraai voorouder van het menselijke gedrag.

De mens hult zich graag in de omlijsting van een duur huis, een dure auto, dure kleding, sieraden…
Het mensdier is een luxe-beestje.
Het kunstwerk binnen de lijst is vaak al lang weer doorverkocht om nog meer glimmende dingen naar binnen te kunnen slepen.
Deze menssoort staat onder antropologen inmiddels bekend als de ‘lijstmens’.

Bij moderne kunst is de lijst vrijwel geheel verdwenen.
In beginsel wellicht uit armoede, een lijst is immers een luxe toevoeging en staat natuurlijk voor de gevestigde orde waaraan avantgarde-kunst zich wil onttrekken.
Moderne kunst hangt er vaak kaal en naakt bij.
In grote lijnen kun je de ontwikkeling in de moderne kunst zien als een gestage uitbreiding van de kunst naar de wereld buiten de lijst.
Als een meer dat buiten haar oevers treedt.

De muur waar het lijstloze werk aan hing, vormde vanzelf het nieuwe kader waar de kunstenaar uit wil treden.
Vervolgens vormde de ruimte binnen de muren een nieuwe begrenzing.
Het museum als geheel werd gaandeweg een beperking waar de kunst doorheen wilde breken.
Deze beweging verklaart ook waarom musea van nu zelf de pretentie hebben een kunstwerk te willen zijn en het feit dat kunst per strekkende meter wordt afgeleverd.
(Denk aan Hockney’s laatste werk en Hirst’s bolletjesbehang.)

Het kunstterritorium is dus steeds verder uitgebreid.
De kunst is het museum uitgelopen als een overrijpe franse kaas, de straat op, de pleinen over.
Ze heeft de wereld overstroomd.
Als alles ruikt naar kunst, vervalt uiteraard de zin van het hele begrip.

‘The eye of the beholder contains all beauty, and everything else as well.’

‘Art has no future nor past, it’s the art not to define and see now for yourself the divine state of framelessness.’

Walter Bazel (voormalig conservator)

1 thoughts on “Lijstloosheid

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *