Parabel van de gevende krijger

De oude krijger vocht om voedsel, dingen en om zijn gelijk.
Dankzij geweld kon hij eten, bezitten en zijn gelijk afdwingen. De oude krijger kreeg op den duur overal genoeg van.
Verzadigd, rijk en eenzaam sneuvelde hij.
Zijn zoon erfde het geld, de nalatenschap en zijn vaders gezworen vijanden.

De zoon was een vreemd soort krijger die alles verkreeg zonder enige strijd. Hij begon alles weg te geven waar zijn vader voor had gevochten. En zijn vaders aartsvijanden gaf hij gelijk.

Omdat de vijanden van hetzelfde strijders hout gesneden waren als zijn vader konden ze hun gelijk niet accepteren.
Gelijk dat moest je bevechten, je moest het verdienen.
Ze bespogen de zoon.
Zouden hun eigen zonen ook zomaar hun zwaar bevochten status weggeven? De vijanden sympathiseerden met de oude krijger, hij was immers een van hen, een strijder.
De zoon werd veracht als een verrader, een slappeling.
Ze stelden hem een ultimatum; of hij zou vluchten of hij zou vechten voor zijn leven om bestaansrecht te verdienen.

De zoon vluchtte niet en hij weigerde te vechten.
Hij werd gedood door de strijders, het was een zaak van eer. Zijn doel was bereikt, de gezworen vijanden waren met elkaar verzoend.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *