Parabel van de Veerman

De veerman was gestorven.
Hij had talloze mensen naar de overkant gebracht en kende de gevaren van de zee als geen ander.
De doden mochten niet nat worden, de dood gedijde schijnbaar bij droogte.
Zijn boot lag in de haven, het stoffelijk overschot lag in het ruim te rusten.

De gemeenschap op het vaste land wist zich geen raad, wie moest hun veerman naar de overkant brengen en alle andere doden?
Wie kon zijn moeilijke taak van hem overnemen?
Het werk van veerman werd van vader op zoon overgedragen, deze veerman was echter kinderloos.
De tocht was vol gevaar, wie de oversteek zou wagen riskeerde de dood. De boot mocht niet zinken.

Niemand van de vastelanders wilde deze taak op zich nemen.
Niemand wist van nergens van, niets van de zee, niets van varen. Niemand had de moed die nodig was om de veerman veilig af te leveren op het dodeneiland.

De boot stak van wal, Niemand stond aan het roer en vertrouwde erop de juiste richting op te varen, op goed geluk.
Elke dag keken de vastelanders of de boot al teruggekeerd was.

De veerman werd veilig afgeleverd op het verre eiland.
Niemand kwam behouden terug met de boot.
Vanaf die tijd is Niemand de vaste veerman.
De veerman had nooit geweten dat Niemand zijn zoon was.

Hoe mij dit ter ore kwam?
Niemand vertelde mij dit verhaal.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *