door het glazen plafond
zag ik beschoende voetstappen
schaduwwezens, lopend, staand
ik leek verzonken onder de bestaansgrond
de wezens leken ten hemel te varen
opstijgend in een dichte mist
eenmaal ontwaakt uit de dagdroom
probeerde ik het droombeeld te duiden
na enig gespeculeer kwam ik
tot de slotsom dat ik wakker ben
wonderlijk dat er talloze werelden
huizen in dit wakker zijn