de blindgeborene ziet licht
van het geestesoog
een licht dat leeft op de tast
hij ademt ruimte, geen lucht
zo stoot hij zich niet
aan de hardheid der dingen
draagt een geheime kennis
vol in zijn lege buik
kennis die zonder taal vanzelf spreekt
zijn tong proeft vergezichten
onbestaanbare
mogelijke werelden
zijn oor luistert naar bloesems
insectengegons
geplof van fruit in het gras
In elk van zijn hartkamers
woont een ijl geheim
dat feilloos weet of iets klopt
hij leest aandachtig een boek
geen woord wordt vermorst
met zijn wijsvingertopje
blindheid is een diepe put,
zegt Blindeman blij,
blijf lekker zitten en ontspan
wat nooit slaapt ontwaakt
Ozamaki©FutonPress 2019
Uit:’Wankele Verzen’ vertaling:Miruki Wildesheim