O Gonszoemende
die in de bijhemel verwijlt
uwe raten worden gereinigd
uwe honingrijken drome
uwe korven geschieden
Leef ons mede gons
hedendaagse geluk bloot
verzweef ons onze gulzigen
gelijk bij gonzige gulden haren
verleid ons lied in verzoeming want onze bijscholing zei:
de honing-koningin
zal ‘t honingrijk beërven tot nu
en in alle hevigheid samen.
Bij-god, laat de bij beleven
het bij-geloof zal alles beamen.