Station Wildesheim is geen eindstation.
Nee, dit is geen plaats om te arriveren,
dit is slechts geen begin.
Er is feitelijk niet eens een perron
in dit midden van nergens.
De rails is trouwens ook nog niet gelegd.
Elk mogelijk traject ligt hier in het verschiet.
Tunnels moeten zich overigens nog
als rupsen door bergmassieven heengraven.
En ja, de locomotief zal eerlijk gezegd
nog moeten worden her-uitgevonden.
Men bevindt zich hier, onder ons gezwegen,
in het post-industriële, post-virtuele tijdperk.
Nog een eeuw of wat en de trein kan vertrekken,
met wagons zo steriel als een laboratorium,
zonder vracht, zonder bagage,
en liefst zonder passagiers.
Het ging toch om het onderweg zijn,
niet om de reizigers?
‘Het ging toch om het onderweg zijn,
niet om de reizigers?’
Dat is bij de Nederlandse Spoorwegen echt zo. Een vriend van me werkte daar lange tijd op de afdeling Dienstregeling. De afdelingschef verzuchtte regelmatig dat het geen probleem zou zijn om de treinen op tijd te laten rijden, als er maar niet steeds reizigers waren die mee wilden…