Ja, onmiskenbaar op weg gegaan…tenminste zo voelde het. Of was het de plotseling stroming van Oceaan waardoor het leek of Thorvald zwom? Werden de vinnen van alle vissen niet door Oceaan in beweging gebracht, dacht Thorvald, golfslag of zwemslag?
Wat was wat, wie zwom wie? Hoe kon je weten wat wat was? Het duizelde in de walvis.
Als Thorvald dacht dat hij ergens naartoe werd gezogen, dan voelde dat ook zo, alsof hij werd aangetrokken door een magneet…een walvismagneet? …of was het Plankton dat aan hem trok? Was het: Horizon?…Nacht…Immer…Maan…Oceaan…? Alles leek wel aan hem te trekken. Nu stelde hij zich voor dat Oceaan op hem sabbelde, zijn enorme lijf voelde als een zacht kwalachtig snoepje in die alomvattende grote mond van Oceaan, waar het water uitliep. Het voelde nogal hemels dus besloot Thorvald zich dat nog even voor te stellen. Wat een ontdekking, dat wat je je verbeelden kan ook zo voelt. Waarom zou je dan niet het mooiste verbeelden? ,dacht Thor terwijl Oceaan maar bleef sabbelen. In zijn verbeelding kwam hij bovendrijven precies op de waterlinie waar Horizon hem lag op te wachten. ‘Ha Thorvald, ben jij het’ ,klonk het, ‘wat ben je hier aan het doen?’
‘Oh…ik zwem geloof ik door mijn verbeelding heen en wat ik mij verbeeld zwemt weer door mij’ ,probeerde Thorvald uit te leggen, ‘en Horizon vertel, heb je die verre einder nog gevonden?’
‘Ach Thor’, je moest eens weten, ‘Ik was er al, ik bedoel hier bovenop Oceaan heb ik altijd gelegen…dit is de einder, hier eindigt Oceaan en begint de hemel…ik had het kunnen weten, maar ik kon er maar niet op komen!’
‘Geeft niks Horizon, kan iedereen overkomen’ ,zei Thor bemoedigend , ‘en sommige dingen zijn niet te ontwarren…golfslag of zwemslag…wat is wat?
Opeens gebeurde er niets, een zeer langdurig indringend niets.
De vrienden keken elkaar verwonderd aan.
‘Wat is dat?….hoor je dat?’
‘Nee, ik hoor niks!’
‘Ik ook niet, wat zou dat zijn in hemelsnaam’.
‘Ach, ik weet het misschien’ , fluisterde Horizon, ‘er is er namelijk maar een die zo niet klinkt…het is vast de Oase van Stilte’ , zei Horizon, ‘ik heb haar heel vroeger ontmoet toen ze nog met Immer samen was.’
Horizon zag dat Thorvald probeerde zich fronsend een voorstelling te maken van de Oase maar zei: ‘Doe maar geen vergeefse moeite Thorvald, deze oase kun je alleen maar niet horen…gewone oases komen alleen voor in woestijnen, maar deze Stille kan zich overal spontaan voordoen’.
Thorvald hield zijn adem in om de ongehoord prachtige Oase nooit te verstoren.