Sinds er ongevraagd haar op je rug groeit
je neus vaker vochtig, je oren gespitst
weet je dat de terugkeer naar het beest
zich heeft ingezet
het verse nesthaar ruikt naar vachthonger
waar de ziel van vol is uit zich in de huid
het rudimentaire staartbotje kwispelt
bij het minst geringste kettinggerinkel
Diep in waakzame slaap loeit er zachtjes
een nachtzang voor de nachtzon
zo oud als de eerste wolf
die stierf als hond
bij zijn sjamanenbaas
dierbare honger naar roedelbont
(Collagewerk van Ossip)