Het eerste huis ooit bouwde
‘n eerste anonieme architect,
steen voor steen opgemetseld,
zo werd de eerste bouwer verwekt
tot ‘n bescheiden wereldwondertje
wat nu nog rest,deze ruïne van ruimte
‘n eerste anonieme architect,
steen voor steen opgemetseld,
zo werd de eerste bouwer verwekt
tot ‘n bescheiden wereldwondertje
wat nu nog rest,deze ruïne van ruimte
Melodie klinkt zich noot voor noot
in bezielde tonen aanéén,
in notatie vastgenagelde klank,
openbaring van ‘t herhaalbare
waar de componerende ziel
als doorgeefluik niets van wist.
Woord voor woord baart taal
verdichtsels en daarmee het
medeplichtige dat dichter heet,
toch meldt niemand zich aan
om als zodanig te bestaan,
het maken heeft geen weet.
Geestig, dat het gemaakte
makers maakt en breekt
als eischaal opdat het
wezen voor zich spreekt:
bv dat taal om te vliegen
vleugeltjes erbij moet liegen