Zinge had geen zin
zag geen zin meer in de dingen,
die hingen lusteloos uit haar keel.
zag geen zin meer in de dingen,
die hingen lusteloos uit haar keel.
Zinge zag er geen gat meer in,
had zelfs geen zing meer
om te zingen?
had zelfs geen zing meer
om te zingen?
Op een dooie dag
ving Zinge iets op,
een onding…heel bijzonder
ving Zinge iets op,
een onding…heel bijzonder
Zinge had geen benul van wat
het was, ‘n wonderklap
bij helder hemel.
het was, ‘n wonderklap
bij helder hemel.
onding bezat on-
mis-kenbaar
‘n heus niets als gat.
mis-kenbaar
‘n heus niets als gat.
plots liep Zinge over
van puur zingenot.
van puur zingenot.
Zinge zong uitzinnig
zonderling
Sindsdien heet Zinge
Zingeving
zonderling
Sindsdien heet Zinge
Zingeving